Griekenland 2006

De griekse Cycladen

Op advies van de dame van het reisbureau heb ik een iets duurder ticket genomen op de nachtboot naar Santorini. Achteraf was ik daar wel heel blij mee. Het was zeker niet luxe, maar je kon wel languit slapen op de zitbanken in de '1e klas' van de boot. Ik kwam dus relatief uitgerust aan op Santorini. Ik zeg relatief uitgerust, omdat de nachtrust wel steeds verstoord werd door tussentijds aankondigingen dat we een tussenstop maakten op één van de andere eilanden.

Maar niet geklaagd ... ik was Athene uit en ging lekker naar de Cycladen. Na wat tussenstops op eilanden als Naxos, Ios etcetera kwam de boot in de vroege ochtend aan op het eiland van Bassie en Adriaan: Santorini. Of zoals de Grieken zeggen Thyra.

Santorini

In de boekjes staat dat je op het dek moet staan wanneer je Santorini binnenvaart. Dit omdat je eigenlijk de krater van een vulkaan binnenvaart. Maar ik was ietwat te laat ontwaakt uit mijn dromen en was dus niet op tijd op het dek. Sterker nog ... het schip lag al aan de kade toen ik de slaap uit mijn ogen had gewreven. Dan maar bij mijn vertrek goed opletten had ik me voorgenomen.

Wanneer je uitstapt in de haven van Santorini sta je meteen tegen een meters hoge wand op te kijken. Dit is de wand van de krater van de vulkaan. Santorini heeft zijn huidige vorm gekregen door de grote vulkaanuitbarsting zo ongeveer 1500 voor Christus. Als je nu naar de plattegrond van Santorini kijkt zie je dat het eiland is ingestort en een grote krater heeft gevormd: de caldeira.

In de haven bleek het te kloppen dat je wordt besprongen door huisjeseigenaren die je naar hun mooiste kamers willen lokken zoals je in alle reisgidsen kan lezen. Op de eilanden hoef je dus eigenlijk niets van te voren te boeken. Ik had het echter toch gedaan. Ik wilde namelijk slapen in een hostel om zodoende andere alleen reizende personen te ontmoeten. En gelukkig heeft Santorini een heel mooi, schoon en vooral gezellig Youth hostel. Het heet Anna en bevindt zich in het dorp waar het allemaal gebeurt: Perissa. The place to be.

Het hostel is werkelijk helemaal geweldig. Voor 8 euro per nacht lag ik op een mooie schone kamer met 3 andere backpackers in een goed bed. En alles op een steenworp afstand van het strand van Santorini. Met een goedkoop restaurant/bar op 6 meter lopen aan de andere kant van de weg kon mijn tijd op Santorini al niet meer kapot. Met de sleutel van het hostel kreeg je ook nog eens 15% korting. Wat wil een Hollander noui nog meer.

's Middags heb ik mezelf meteen HET lokale vervoermiddel aangeschaft: de scooter. Ideaal om jezelf lekker vrij over het eiland te kunnen bewegen. Ik ben 's middags eerst naar de lokale duikschool Santorini Dive Center gereden. Ik had mezelf voorgenomen om een paar duikjes te maken in de wateren van Santorini en op een poster bij het hostel werd reclame gemaakt voor een duik rond de vulkaan. Dat leek me natuurlijk wel wat. Met mijn verblijf in het Youth Hostel Anna kreeg ik meteen 10 euro korting. Mijn bezoek aan Santorini begon goed. Nog meer korting.

Op de scooter naar Thyra

Na mijn duikjes te hebben geboekt voor de volgende ochtend, scheurde ik vol gas in de richting van de hoofdstad van Santorini: Thyra. De stad die zo beroemd is om zijn witte huisjes en de blauwe daken die je altijd op ansichtkaarten van Griekenland ziet. Het bevindt zich boven op een rand van de caldeira. Je kijkt uit over de krater zeg maar.

Maar ik had geloof ik niet zoveel met Thyra. Het was veel te toeristisch en had nauwelijk wat te bieden om te bekijken en ook de blauwe daken miste ik. Het was een aaneenschakeling van toeristenwinkeltjes en juwelenzaakjes. Dat is trouwens een verhaal apart. Want waarom die Grieken zo lopen te pronken met juwelen en sieraden is compleet een raadsel. De hoeveelheid van dit type winkels viel me in Athene ook al op. Na enig speurwerk en navraag bleek Griekenland niet eens te beschikken over natuurlijke bronnen voor edelstenen etc. Een bewijs van de commercialisering van dit soort stadjes. Erggg jammer.

De enige bezienswaardigheid van Thyra naast uiteraard het magnifieke uitzicht is eigenlijk het in 1596 door een Griekse gelovige gestichte Sint Catharinaklooster dat zich midden in de stad bevindt. Het klooster zelf kon je overigens niet in, maar de aangrenzende Orthodoxe kerk is wel voor publiek geopend.

Vluchten naar Oia

Nee, Thyra was niet aan mij besteed. Ik had het in een uurtje wel gezien in die stad. Ik sprong daarna weer op mijn scooter en reed vol gas naar het stadje wat nog niet zijn charme kwijt is geraakt aan de toeristensector: Oia of Ia. Het ligt op de noordwestelijke punt van Santorini bovenop een klif. Ook hier heb je het magnifieke uitzicht over de caldeira en naar verluidt is de zonsondergang hier adembenemend.

Oia is qua geschiedenis niet echt bijzonder. Wel is het stadje tijdens de aardbeving van 1956 voor een groot gedeelte met de grond gelijk gemaakt. Maar wat is het die Grieken fantastisch gelukt om het stadje in oude luister te herstellen. Het heeft zijn oude karakter van nauwe straatjes behouden en de huisjes lijken gebouwd op de meest onmogelijke plekken. Het is werkelijk een ansichtkaart zo mooi.

Uren heb ik er geslenterd door de nauwe straatjes en langs prachtige huisjes. Je blijft fotograferen in dit stadje. Een walhalla voor mensen als ik die graag met hun camera spelen. Ja dit is nou echt zo'n Grieks stadje zoals je je dat voorstelt en vele malen minder toeristisch dan Thyra. De rust, de witte huisjes, blauwe daken, de molens ... heerlijk gewoon.

Oh ja ... ik zou het bijna vergeten. De ezels van Santorini. Ooit dienden de ezels als transportmiddel tussen de haven en de hoger gelegen dorpen. Nu is dat niet echt meer nodig. Maar de ezels doen nog steeds dienst. Maar dan meer als toeristische attractie. Ik heb er wat gemengde gevoelens bij. Het ziet er leuk uit, maar om die beestjes nou nog te laten sjouwen in de grote hitte. Voor mij hoeft het niet.

Desondanks moet ik bekennen dat ik een beetje verliefd ben geworden op Oia. Het is dan ook heerlijk genieten van een glas koel Mythos bier op het kleine terrasje boven op een woning (ja alle ruimtes worden hier nuttig gebruikt) downtown Oia. Geniet gewoon even mee van onderstaande foto's:


Duiken en relaxen

De volgende dag was het dan tijd voor een duikje in de wateren van Santorini. Ik had mezelf een plekje verworven tezamen met een setje Duitsers, een groepje met personen waar ik niet van weet waar vandaan ze kwamen en een Spaanse dame. De Duitsers gingen hun eerste buitenduiken doen voor hun PADI-openwater brevet. Het groepje ging snorkelen en ik ging tezamen met de Spaanse dame en de divemaster uit Australie naar een meter of 25 diepte om de vulkaan van dichtbij te gaan bestuderen. Ik moet zeggen ... dat laatste viel enorm tegen. Misschien verwachtte ik dat ik zou afdalen in een krater. Maar eigenlijk zwem je gewoon langs een kale wand met opvallend weinig vis. Een beetje een misser dus. Ik heb geen moment het idee gehad dat ik me nabij een krater bevond.


Ik bleef toch hoopvol voor mijn tweede duik. Dat zou een mooie walldive worden nabij het vulstation van het duikcentrum. Maar voor ik weer zou afdalen heb ik me eerst even tegoed gedaan aan een lekkere frisse Griekse salade en friet bij het naastgelegen restaurant Remezzo. Een heerlijk restaurant met een geweldig uitzicht op de caldeira. Een echte aanrader.

De tweede duik was enorm mooi. We zijn langs een spectaculaire wall afgedaald naar een meter of 30 (sorry PADI) en het was echt genieten. Er zijn nog van allerlei foto's gemaakt van me omdat dit mijn 25e duik was. Ik hoop ze ooit nog te ontvangen van Robert. Mocht dat ooit gebeuren dan komen de foto's zeker online.

's-Middags was het tijd om eens te werken aan mijn kleurtje. Ik vond dat ik wel heel erg afstak tegen de bruine kleur van Dimitri en Robert. Een beetje tegen mijn gewoonte in heb ik mezelf een bedje gehuurd op het zwarte strand van Perissa.

's Avonds vloeide de alcohol rijkelijk. Samen met Liz uit Dublin (Ierland) hebben we een flink offer gebracht aan Dionysos. Dit werd gevolgd door een nachtje stappen met de andere backpackers 'from all over the world'. U begrijpt dat ik nog een extra dagje nodig had op het eiland om daarvan weer bij te komen hahaha. Relaxen en niks doen. Het was tenslotte ook vakantie.

Het gaf me ook nog de mogelijkheid om te genieten van de zonsondergang die op Santorini ontzettend mooi is. Nee ik heb genoten op Santorini. Echt een fantastisch eiland. Wanneer je gaat eilandhoppen dan mag je dit typische Griekse eiland zeker niet overslaan. Met mooie herinneringen ging ik weer aan boord van de ferry ... op naar het volgende eiland: Naxos

Naxos

Na een winderig boottochtje belandde ik na een paar uur op het eiland Naxos. Een volgens de boekjes minder toeristisch eiland dat afwijkt van de andere Cycladen door de rijke vegetatie. Nou dat klinkt als muziek in de oren van mij. Vandaar de keuze voor dit eiland.

Bij aankomst in de gezellige haven van Naxos loop je direct de stad Naxos in. Je wordt meteen opgenomen in de gezellige sfeer rond de Boulevard en de haven met een verscheidenheid aan boten. Ik had al via het internet een klein hotelletje geboekt downtown Naxos bij gebrek aan een gezellig hostel op Naxos.

Nadat ik mijn spullen had gedropt in het hotelletje ben ik de stad Naxos gaan verkennen. De stad is gebouwd rond de citadel van Naxos. Dit is een verdedigingswerk dat is gebouwd in de 13e eeuw en was ooit de zetel van het Venetiaans hertogdom. Dit hertogdom heerste toentertijd over alle Egeïsche eilanden. Rond de kastro is de stad opgebouwd op de typische Griekse wijze. Smalle gezellige straatjes die mooi geplaveid zijn. Ideaal om lekker een middagje rond te dwalen. Vooral omdat Naxos stad nog niet zo commercieel is en je in de smalle straatjes midden in het echte Griekse leven loopt.

Toen de zon zich richting de kim bewoog, besloot ik richting de haven te gaan. Daar bevindt zich op het kleine schiereiland Plataia voor de kust de Poort van Apollo of ook wel bekend als de Portara. In de 6e eeuw voor Christus is deze poort gebouwd om als toegang te dienen tot de tempel gewijd aan Apollo. De tempel is er echter nooit gekomen, maar de poort is blijven staan dient tegenwoordig als symbool voor Naxos.

Ik ging tegen zonsondergang richting de poort om het mooiste plaatje te kunnen schieten. De poort tegen een achtergrond van een zonsondergang. Maar helaas had ik niet alleen dat idee. Het kleine Plataia stroomt tegen dit tijdstip vol met toeristen. Allemaal wilden we hetzelfde plaatje hebben. Je ziet de toeristen uiteraard niet (u kent me inmiddels), maar ze stonden in drommen rond mij. Affijn ... hierboven een aantal plaatjes van de voor Naxos zo belangrijke poort bij verschillende lichtomstandigheden.

's Avonds na het fotograferen van de poort was het tijd voor eten. En ik kan u iets aanbevelen. Op elke hoek in Griekenland kan je crepes kopen. Dit heeft natuurlijk niks met de Griekse keuken te maken. Maar ach, een keer afwisseling op gyros en souvlaki kan geen kwaad. Ik adviseer de crepe met witte chocolade. U leest het goed: met witte chocolade. Echt waanzinnig die combinatie.

Scooteren over Naxos

Na een heerlijke nachtrust ben ik de volgende dag voor mijn doen vroeg uit de veren gegaan. Ik wilde namelijk het binnenland gaan verkennen van het 450 km² grote en daarmee het grootste eiland der Cycladen. Ik heb me hiertoe weer een scooter gehuurd. Dit keer wel met meer vermogen zodat ik de stijle hellingen in het binnenland kon bedwingen zonder de scooter te moeten voortduwen. Kwam mijn motorrijbewijs toch nog van pas. Hoewel je een 80cc kan huren op Naxos met je autorijbewijs. Maar dat even terzijde.

Ik had voor mezelf een route uitgezet over het eiland van dingen die ik wilde zien. De eerste bestemming was de tempel van Demeter. Deze tempel was gewijd aan de Godin van de vruchtbaarheid en moest een jaarlijkse weldadige oogst verzekeren. Kennelijk heeft de jarenlange verering van Demeter haar vruchten afgeworpen, want wat direct opvalt als je het binnenland van Naxos betreedt is al het groen. Veruit het meest begroeide eiland van de Cycladen vermoed ik.

Demeter was mij tevens gunstig gezind toen ik van mijn scooter stapte. In de verte zag ik twee bussen vol met toeristen aankomen met ogenschijnlijk hetzelfde doel. Ik was dus nog net in de gelegenheid de tempel in rust te bekijken. Opvallend aan de tempel is dat het gedeeltelijk gerenoveerd is door ik meen studenten en professoren van een Amerikaanse universiteit. Maar dit weet ik niet meer zeker. Daarom zie je op de foto's hierboven relatief nieuwe blokken marmer op de oudere blokken.

Scheurend over het eiland kwam ik ergens langs de weg van Halki naar Moni een heel oud kerkje tegen tussen de olijfbomen. Het bordje erbij vertelde me dat dit de Panagia Damiotissa was. Ik heb weinig kunnen vinden over de geschiedenis van dit kerkje. Temeer omdat het kerkje zelf ook gesloten was toen ik er was. Ik kan er dus niet meer over vertellen dan de summiere info die ik heb gevonden op het internet dat de kerk mooie wandschilderingen bevat uit ondermeer de 12 eeuw. In ieder geval een bijzonder kerkje door de verlaten ligging midden tussen de olijfbomen.

Onderweg kwam ik vervolgens in een dorpje Filoti dat zeker het melden waard is door zijn gezellige en rustieke karakter. Je vindt er een aantal hele relaxte restaurantjes en kan er geweldig eten. Ik koos ervoor om mijn broodje chicken souvlaki te gaan nuttigen bij restaurant Baboulas. De lokale schilderes maakte het plaatje compleet door voor de deur haar kunsten ten toon te spreiden.

Na een lekkere lunch ben ik verder gereden in de richting van de Kouros van Melanes. Voor ik hier meer over vertel moet u weten dat Naxos tot op de dag van vandaag een groot leverancier is van kwalitatief hoogstaand marmer. Je vindt op het eiland dan ook nog steeds marmergroeven zoals op de foto hiernaast.

Het marmer werd al rond 600 voor Christus al gedolven op Naxos. Het marmer werd dan in de groeve al ruw bewerkt tot de vorm die het uiteindelijk moest krijgen. Daarmee werd voorkomen dat onnodig veel gewicht moest worden verplaatst. Zo gebeurde ook met de Kouros van Melanes.

Een Kouros is een beeld van een mannelijk figuur die rechtop staat met zijn armen strak langs zijn lijf en met gebalde vuisten. Een vrouwelijke versie bestaat ook van zo'n beeld. Men spreekt dan van een Korè. Zij houdt haar handen niet gebald, maar staat met een offergave in haar handen. De 5,5 meter grote Kouros van Melanes is ook een ruw bewerkt beeld van een jongeman en ligt al zo'n 2500 jaar verlaten in de buurt van het dorp Melanes. Het beeld is verlaten omdat het kennelijk tijdens het transport van de groeve naar het lager gelegen gebied is gebroken waardoor het toentertijd waardeloos is geworden. Het ligt nu dus al die tijd al met een gebroken rechterbeen en is nu een toeristische trekpleister geworden.

Na de Kouros van Melanes was het weer tijd om terug te rijden naar Naxos stad. Onderweg viel mijn oog nog wel op deze kleine rots met daarop rustig grazend een paar geiten. Het beeld past precies in het plaatje zoals ik het binnenland van Naxos heb ervaren. Mooi en rustiek. Zeker een bezoekje waard zou ik zeggen.

's Avonds heb ik me nog eens gelaafd aan de bekoringen van Naxos stad. Naxos stad waar 's avonds iedereen flaneert langs de Boulevard en waar het ware leven van de Griekse mensen aan je voorbij trekt wanneer je rustig op een terrasje van een wijntje nipt. Nee ik was blij dat ik ben uitgestapt op Naxos, maar ik zag ook al weer uit naar de volgende bestemming: Mykonos.

Mykonos

De volgende dag ging ik aan boord van de Highspeed 5 van Hellenic Seaways. Een snelle catamaran boot die me comfortabel naar mijn laatste 2 eilanden voer. Er op vertrouwend dat er weer voldoende aanbieders van kamers zouden staan wachten bij het verlaten van de boot, ging ik van boord. Zoals ik dat inmiddels gewend was, werd ik weer besprongen door eigenaren van kleine pensions en hotels. Na wat kort onderhandelen besloot ik mijn intrek te nemen in Pension Alexandra. Een pension dat gerund werd door moeder Alexandra en dochter Mariette en waar ik een 5-persoonskamer kon huren voor 2 nachten voor € 40,00. Nou dat aanbod kon ik niet weigeren. Bring me there girls!

Ik moet bekennen dat ik op het eiland Mykonos zelf niet veel heb ondernomen. Ik heb meer gerelaxt en genoten van Mykonos-stad dan dat ik het eiland Mykonos heb verkend. Nee ik had nog één cultureel uitje gepland. Dit zou een boottrip worden naar het eiland Delos op een half uur varen voor de kust van Mykonos. Maar dit zou voor morgen zijn. Nu eerst slenteren door de prachtige straatjes van Mykonos.

Mykonos stad kan zeker concurreren met Oia op Santorini qua schoonheid. Het is weer zo'n typische Griekse stad: witte huizen, smalle straatjes, mooi plaveisel en gekleurde trappen en balkons. Gewoon heerlijk om in rond te dolen. Het is leuk te weten waarom Mykonos stad is opgebouwd zoals die nu is. In tegenstelling tot andere Griekse steden ligt Mykonos slecht verdedigbaar direct op zeehoogte. Om de stad toch moeilijk begaanbaar te maken voor indringers en aanvallers is een doolhof aan kleine straatjes gecreëerd. Toen nuttig, nu vooral erg feeëriek en erg lastig wanneer je teveel Griekse wijn achter de kiezen hebt.

Ondanks de vele winkeltjes en het hele circus dat toerisme heet, weet Mykonos toch nog zijn authenticiteit te bewaren en gaat het eilandleven gewoon door. Zo zit er een oude man rustig zijn avondmaaltijd te vangen op de rotsen voor de kust en maakt een ander deel van de plaatselijke 'elite' zich vol emotie druk in de haven over een bootje dat is vastgelopen op de kant. En als je niet op past struikel je over de mascotte van Mykonos: Petros de pelikaan. Deze pelikaan wandelt ongestoord door de straatjes van Mykonos stad en maakt deel uit van de bevolking.

Een aantal plekjes in Mykonos stad verdienen wat aandacht wanneer je er bent. Dat zijn de beroemde windmolens waarmee Mykonos pronkt. En natuurlijk het stukje stad aan zee dat men heeft omgedoopt tot Klein Venetië.

De windmolens die zo prominent aanwezig zijn in Mykonos stammen uit de tijd dat het toerisme nog niet zo'n hoogtij vierde. De inwoners van Mykonos waren toen afhankelijk van een andere bron van inkomsten. Omdat het vrijwel het hele jaar door hard waait op Mykonos was het logisch om deze onuitputtelijke bron te exploiteren. Dat deed men dan ook.

Mykonos was gunstig gelegen langs de handelsroutes en met bracht met schepen het graan naar Mykonos alwaar het werd gemalen met de molens en in veel gevallen ook al werd afgebakken in één van vele bakkerijen die de stad rijk is. De meel of het brood werd dan weer op boten geladen om vervoerd te worden naar de andere eilanden.

Nog even een tip voor ik het vergeet. Ik kwam downtown Mykonos overigens nog zo'n typisch ouderwetse bakkerij tegen waar kennelijk de locals hun brood halen. De geur, de mooie broden en de hele entourage doen je watertanden kan ik u melden. Sla dus bakkerij Ioannes Syrianos niet over. Volg je neus op zoek naar de lekkere geur of loop gewoon naar de Odos Agioy Gerasimoy.

Een andere bezienswaardigheid is Little Venice ofwel Klein Venetië. Deze wijk direct aan het water werd vroeger door de bewoners van Mykonos ook wel Alevkandra genoemd. Het is tegenwoordig een wijk dat wordt bevolkt door kunstenaars en dat door zijn architectuur duidelijk afwijkt van de andere bebouwing van Mykonos stad.

Als je de boekjes over Mykonos mag geloven dan vindt de wijk Little Venice zijn oorsprong in de piraterij. Een paar eeuwen geleden zou Mykonos stad door zijn beschutte ligging een toevluchtsoord zijn geweest voor de piraten die de handelsroutes onveilig maakten. Door de rijkdom die de piraten zouden hebben vergaard, zijn ze in staat geweest de relatief dure stukken van de stad aan het water te bebouwen met 'herenhuizen'. Met zicht op hun werkgebied en naar verluit zouden de huizen aan de waterkant geheime deuren hebben gehad die naar de opslagkelders leidden. Ach wat zal ik ervan zeggen. Het is een leuk verhaal om over na te denken als je aan een lekker wijntje nipt op één van de vele terrasjes aan de waterkant.

Delos

Als je dan toch op Mykonos bent of op een ander eiland nabij Mykonos dan mag je eigenlijk niet aan het 4 km² grote eilandje Delos voorbij gaan. Waarom mag dat niet? Wel omdat Delos het middelpunt is geweest van de Griekse wereld in de Oudheid. Het zou de geboortegrond zijn van de goden Apollo en Artemis. Het eiland is vanaf de 7e eeuw voor Christus bewoond geweest en werd naast zijn bestemming als religieus centrum tevens gebruikt als handelscentrum. Het eiland dankt daaraan zijn rijkdom en kon hierdoor worden voorzien van grote hoeveelheden tempels en ander rijk erfgoed. Homerus schreef ooit ook al over de rijke feesten die op dit eiland werden gehouden.

Het eiland heeft hoogte en dieptepunten gekend. Een van de dieptepunten werd bereikt tijdens de Atheense overheersing. Delos herwon haar vrijheid maar moest deze weer inleveren toen het in 166 na Christus onder bestuur kwam van de Romeinen. Het eiland Delos kende in deze hoogtij dagen maar liefst 20.000 inwoners.

Men neemt tegenwoordig aan dat tijdens de Romeinse overheersing de meeste bouwwerken zijn geplaatst op Delos. Na het hoogtepunt onder de Romeinse overheersing ging het echter bergafwaarts met het eiland. Het dieptepunt werd bereikt toen het onder de Ottomaanse overheersing verviel tot een schuilplaats voor piraten. Toen was er niets meer over van wat het eens was.

6 dagen per week kun je Delos bezoeken. Het is echter niet mogelijk om er te overnachten en er gaan alleen dagtrips heen. Je moet zeker zo een drie uur uittrekken om het eiland op je gemak te kunnen bekijken. Ik kreeg als advies van Mariette om een petje mee te nemen en een hele grote fles water. Het probleem op Delos is namelijk dat je nergens beschutting kan vinden tegen de zon. Dan kan je maar beter voorbereid zijn. En goede tips van locals moet je niet in de wind slaan. Ik was daar achteraf erg blij mee. Ik zou zeggen doe uw voordeel met deze tip. Wel gezegd moet worden dat er een heel klein etablissement op het eiland is waar je in geval van nood wat vocht kunt aanschaffen.

Een andere tip is: volg niet het gebaande pad in de beoogde richting. Alle guided tours slaan meteen links af wanneer je van de boot komt richting de Agora en de laan met de Leeuwen. Om de massa's toeristen te mijden, loont het om het groene pad te volgen op de kaart die je bij entree van het eiland krijgt. Je ziet hetzelfde, alleen in alle rust en in tegengestelde volgorde.

Op Delos werd me ook ineens duidelijk waarom je overal op Mykonos twee dolfijnen ziet op T-shirts of posters. De dolfijnen zijn kennelijk verworden tot logo van het eiland. Op Delos vond ik de dolfijnen terug in een mozaïek in de House of Dolphins. De inspiratie voor het logo van Mykonos was gevonden en behoeft niet meer uitleg denk ik zo.

Nee Delos is absoluut een must-have-seen. Tenzij de oudheid je aan je spreekwoordelijk bips kan roesten. Dan zou ik vooral niet de moeite nemen om verplicht te moeten ronddolen op een zonnig en heet eiland zonder beschutting.

Terug naar Mykonos ... terug naar huis

Met mijn verslag van Delos komt er een einde aan wat ik te vertellen heb over mijn tocht door Athene en de Griekse Cycladen. Na nog een avondje genieten van Mykonos stad ging ik de volgende dag weer retour naar Athene. Helaas moest dat wel, omdat ik op tijd weer terug wilde zijn in Athene. De laatste dagen bleken veel boten niet meer te hebben gevaren wegens te harde wind. En het vliegtuig missen had ik geen zin in. Er was dus helaas geen tijd meer voor de eilanden Tinos en Syros. Deze stonden nog op mijn verlanglijstje. Maar je kan niet alles hebben. Ik had een mooi beeld gekregen van Athene en de Cycladen. Rest mij nog één ding te zeggen: Arianne bedankt!