Norway 1998

English version

Ergens halverwege de jaren '90 heb ik gesolliciteerd voor een baan bij Eurocontrol als Europees luchtverkeersbeveiliger. Ik werd uitgenodigd voor de selectie in Hamburg in Duitsland. Deze selectie was niet echt succesvol voor mij. De tweede dag kreeg ik een negatief advies en kon ik vertrekken. Ik was niet de enige met een negatief advies. Ook Berit Averstad uit Noorwegen kreeg een negatief advies. We besloten om samen van de mogelijkheid gebruik te maken om op onze laatste avond Hamburg te gaan verkennen. Er ontstond toen een vriendschap die tot op de dag van vandaag voortduurt.

In de zomer van 1997 bracht Berit haar vakantie door in Nederland. En in de zomer van 1998 reisde ik af naar Noorwegen. De vakantie viel samen met de verjaardag van Berit, die de leeftijd van 25 jaren bereikte op 2 augustus. Na haar verjaardagsfeest zijn we met de auto door Noorwegen gaan reizen. Dit bleek een ervaring te worden, die een Nederlander nooit meer vergeet. Het landschap is met geen pen te beschrijven. Toch probeer ik een verslag te geven van deze onvergetelijke reis. Het is een lang verslag geworden, maar volgens mij is het zeker de moeite waard om door te lezen. Met name wanneer je van plan bent een reis door Noorwegen te maken.

Kaarten van Noorwegen

Hieronder vind je weer de kaarten van Noorwegen zoals die zijn gemaakt door Cartographics. Links zie je de locator en rechts de verkleinde versie van de routekaart. Klik op deze kaart en de vergrote versie zal openen in een apart venster. Het is dan weer mogelijk om tijdens het lezen van het verslag makkelijk even te switchen tussen de vensters om te bekijken waar in Noorwegen ik me op dat moment bevind.

Klik om te vergroten

Ontvangst en Berit's verjaardag

Met KLM vloog ik op 30 juli 1998 naar Oslo. Tegen het begin van de avond landde ik op vliegveld Fornebu in Oslo. Aldaar werd ik opgehaald door Berit om vervolgens af te reizen naar een dorp met de naam Kløfta. Kløfta ligt ongeveer 30 kilometer ten Noord Oosten van Oslo. Aldaar wonen de ouders van Berit, die een boerderij runnen.

Thuis werd ik ontvangen door de ouders van Berit en haar twee zussen. Ik kon meteen aanschuiven voor een typisch Noorse maaltijd. Een stoofpot van elandvlees. Uiteraard onbekend voor een Nederlander, maar ik kan elandvlees van harte aanbevelen aan iedereen. Zeker in combinatie met een lekkere rode wijn.

Met name de eerste nacht moest ik enorm wennen aan de rust. Als stadsjongen ben ik dat natuurlijk niet gewend. Met name het loeien van de koeien, die 's ochtends de stal verkiezen voor de weide. Maar het went heel erg snel kan ik zeggen. Het wakker worden was zeker geen straf. Wanneer de gordijnen opengingen, was het uitzicht fantastisch. Gevolgd door een lekker ontbijt met verse koemelk (is wel even wennen, maar erg lekker).

Voor deze dag stond weinig gepland. De volgende dag zou Berit immers 25 jaar worden en dat wordt in Noorwegen groots gevierd. De dag was dus eigenlijk geheel gevuld met de voorbereidingswerkzaamheden voor het feest.

Op 2 augustus was het zover. Langzaam aan druppelden familie en vrienden binnen. De grote woonkamer werd omgetoverd tot een enorme eetzaal en in de keuken heerste topdrukte. Tegen de avond kon iedereen aanschuiven om het feestmaal te genieten. Gelukkig spreken bijna alle Noren de engelse taal. Van het Noors is namelijk niets te begrijpen. Alhoewel het wel goed te leren is.

Na de maaltijd werden de ouders van Berit nog wel even en public bedankt. Zij hebben een hoop werk verzet om het eten en het feest mogelijk te maken. Ze verlieten vervolgens het huis om waarschijnlijk van wat rust te genieten en het komende feestgedruis te ontvluchten. Het gevolg was dat het hele huis beschikbaar was voor een feest tot diep in de nacht.

Het slotfeest ging door tot in de hele kleine uurtjes en hierbij vloeide volgens goed Noors gebruik rijkelijk de alcohol. Het geluk was dat de eerst volgende buren te vinden zijn op grote afstand. Van geluidsoverlast was dan ook geen sprake. Diep in de nacht druppelde iedereen naar huis of bleef men slapen in de grote boerderij. Kamers genoeg hier.

Onderweg naar Bergen

Op 4 augustus was het vervolgens tijd om met de auto Noorwegen te gaan verkennen. We hadden met vrienden van Berit (Edvard en zijn vriendin & Paul) afgesproken met hen mee te rijden naar Bergen. Edvard en zijn vriendin wonen in Bergen en moesten toch weer naar huis. De weg die ze hadden uitgezocht, is een aanrader om te rijden wanneer u van Oslo naar Bergen wilt rijden. Vanuit Oslo kun je via de E16 in noordelijke richting rijden om vervolgens bij Hønefoss de RV7 te pakken in de richting van Gol. Deze route voert je door het mooie Hallingdal langs het Krøderenmeer, waar je de eerste magnifieke indrukken op doet van het veelzijdige landschap van Noorwegen. Na Gol kun je de route vervolgen via de RV7 naar Geilo. Dit is een favoriete wintersportplaats voor zowel de Noren als de skiers van buiten Noorwegen. Geilo ligt aan de rand van de Hardangervidda. Dit is een hoogvlakte dat lijkt op een toendralandschap. De Hardangervidda is een nationaal park en ligt ten zuiden van de RV7. Een aanrader is om een trui aan te trekken. Ook al is het zomer, de gevoelstemperatuur is werkelijk anders.

Vanuit Geilo zijn we vervolgens via de RV7 gereden in westelijke richting. Onderweg kwamen we langs één van de vele stuwmeren in Noorwegen die voor de nationale stroomvoorziening zorgen. Ongeveer bij Maurset bereikten we vervolgens het hoogste punt van de vlakte. Dit punt wordt aangegeven door een groot beeld van een trol. Hier zijn we uitstapt en hadden we goed zicht op de Hardanger Jøkulen. Een grote gletsjer. Vervolgens zijn we via Måbødalen bij Vøringsfossen aanbeland. Dit is een waterval, waar het water van een hoogte van 182 meter in het Måbødal valt. Een attractie die je zeker niet mag missen. Na Måbødalen zag ik vervolgens het eerste fjord voor mij opdoemen, het Eidfjord. Dit een tak in het bekende Hardangerfjord. Ongeveer bij Brimnes zijn we vervolgens per veerpont het Eidfjord overgestoken en vervolgens weer westwaarts gereden in de richting van Bergen. Onderweg zijn we nog wel uitgestapt om de Steindalsfossen te bekijken. Een hele mooie waterval waar je achterlangs kunt lopen.

Omdat het nu donker begon te worden zijn we voor de rest van de route aan één stuk doorgereden naar Bergen. Er valt zo gauw het donker is geworden toch niets meer te zien, want donker is ook echt donker in Noorwegen. Wel is het leuk te letten op de vele zalmkwekerijen die je regelmatig in de fjorden ziet. Ik ben er zelf niet geweest, dus ik kan er helaas niets over vertellen. Ze zijn van afstand in ieder geval te herkennen aan de grote ronde bassins in het fjordwater.

De stad Bergen

De volgende dag moest de vriendin van Edvard weer aan het werk. Berit en ik gingen samen met Edvard en Paul de stad Bergen verkennen. Zoals het bijna 365 dagen per jaar doet, regende het in Bergen. Doordat Bergen rondom omsloten wordt door hoge bergen drijft de bewolking inclusief de regen tegen de bergen aan. Het gevolg is de eigenlijk constante regen. Een paraplu is dus geen overbodige luxe. In Bergen zijn er een aantal dingen die je niet mag missen. Ten eerste natuurlijk de vismarkt. Dit ligt aan de haven van Bergen. De vele soorten vis maken je wel hongerig. Opvallend was dat er ook gewoon mootjes walvis te koop zijn. Tja wat zal ik daarvan zeggen. Ik heb het maar niet gekocht.

Vlakbij de vismarkt ligt Bryggen. Dit is nog een stukje oud Bergen alwaar vroeger de Duitse handelaren te vinden waren. Ik heb me laten vertellen dat het vroeger Tyskerbrygge (Duitserskade) heette. Een gedeelte is helaas in het verleden door brand verwoest. Maar een gedeelte van de oude houten Hanzehuizen is nog intact. De door brand verwoeste huizen zijn zo authentiek mogelijk herbouwd (wel staan de originele huizen schuin en de herbouwde huizen kaarsrecht). Een aanrader is de bakker, 'Baker Brun', die zich in Bryggen heeft gevestigd. Aldaar moet je gewoon even de Skillingsboller gegeten hebben. Dit zijn gekruide broodjes met het formaat van een schoteltje. Met name de broodjes met kaneel zijn erg lekker. Een lokale traktatie die je niet mag missen.

Na Bryggen onveilig te hebben gemaakt zijn we met de Fløybanen de berg Fløyen opgegaan. Dit is een kabelspoorbaan die het centrum van Bergen met de rond de berg Fløyen gelegen stadswijk verbindt. Bij het eindstation heb je dan een fantastisch uitzicht op Bergen, de haven en de scheren voor de kust. Althans als het weer je gunstig gezind is natuurlijk. Anders zie je niets anders dan wolken. Wel kan ik zeggen dat het weer per minuut lijkt te veranderen. Zo is het bewolkt en regent het en zo schijnt er weer even de zon.

Na nog een rondwandeling in de binnenstad hebben we boodschappen gedaan en zijn we naar huis gegaan. Daar werden wij door Berit getrakteerd op een eigen gemaakte pizza. Samen met het Noorse bier smaakte dit erg goed. 's Avonds hebben we thuis doorgebracht, waar ik kennis heb gemaakt met een CD van een Noorse band genaamd Postgirobygget. Ook al verstond ik er weinig van uiteraard, de muziek is erg goed. Ik heb dan ook een CD gekocht van deze band.

Langs Grieg's landgoed naar Vik i Sogn

De volgende dag hadden we ons vertrek gepland. We hadden afgesproken met een oom en tante van Berit. Voordat we daar heen reden, wilde Edvard ons nog even het voormalig woonhuis van de componist Edvard Grieg laten zien. Op weg hier naartoe zijn we ook nog langs de Fantoft Stavkirke gereden. Dit kerkje ligt ongeveer 6 kilometer buiten het centrum, vlakbij rijksweg 1. In 1992 is deze staafkerk door een pyromaan in brand gestoken. De kerk is echter weer geheel in ere en origineel hersteld.

Daarna reden we door naar landgoed Troldhaugen. Op dit landgoed heeft de Noorse componist Edvard Grieg gewoond en gewerkt. Grieg bekend van de Peer Gynt suites, heeft hier 22 jaar gewoond. Grieg heeft jaren gestudeerd in het buitenland, maar zijn hart lag toch bij de Noorse volksmuziek. Hier is zijn werk dan ook voornamelijk op gebaseerd.

Zijn woonhuis en werkruimte aan de oever van het meer zijn nog volledig intact. Verder is er een concertzaal en een museum te vinden. Verder staat er een beeld op ware grote van Grieg. Ik kan zeggen dat het een heel klein ventje was (of ben ik zo lang?). Maar het was een genie, tja dat kan ik weer niet zeggen.

Dezelfde dag namen we aan het begin van de middag afscheid van Edvard en Paul en reden Berit en ik naar een dorpje aan het Sognefjord, Vik i Sogn. We reden dus noordwaarts via Voss. Aangezien we al wat laat waren, reden we aan één stuk door. Na het plaatsje Voss reden we vervolgens over de Vikafjell. Hier klim je in korte tijd weer tot boven de boomgrens en krijgt de berg (in het Noors fjell genoemd) het uiterlijk van een toendralandschap. In de wintermaanden is de berg overigens vaak gesloten voor verkeer in verband met de hevige sneeuwval aldaar.

Op de berg dacht ik eindelijk Noors wild te zien. Er stond een rendier te grazen. Ik dus uit de auto om dat op de gevoelige plaat vast te leggen, tot dat Berit mij wees op de ketting en ik ook zag dat het een tam dier was. Ik heb de foto dus maar weggelaten en daarvoor in de plaats de foto van de waterval op de Vikafjell. Is ook mooi toch?

Via haarspeldbochten ging de tocht verder omhoog tot we boven aan kwamen en je meteen een mooi uitzicht had op Vik i Sogn en het Sognefjord. Direct achter de berg lag Vik. In Vik kwamen we bij ons volgende adres. Bij de oom en tante van Berit, de familie Riiber. In het plaatsje Vik runnen zij een hotel genaamd Hopstock. We werden hartelijk ontvangen en konden direct aanschuiven aan tafel. De oom van Berit sprak engels en wist een hoop te vertellen over Noorwegen en met name over het fjordengebied. De avond was dus al snel om.

Jostedalsbreen en Vik i Sogn

Op aanraden van de oom en tante van Berit zijn we de volgende dag de grootste gletsjer in Europa, de Jostedalsbreen, gaan bekijken. Vanuit Vik is deze goed te bereiken. In Vik kun je aanmonsteren op de snelle veerpont naar het plaatsje Balestrand. Overigens kun je in Vik al een kaartje voor de boot en de toegang tot het gletsjer museum (Norsk Bremuseum) in Fjærland kopen.

In Balestrand stap je vervolgens over op op een langzamere boot die via Hella het Fjærlandfjord in vaart. Dit is een steeds smaller wordend fjord met een magnifiek uitzicht. Ik raad iedereen aan in ieder geval ergens in Noorwegen de fjorden vanaf een boot te bekijken. Geeft een heel andere en onvergetelijke kijk op de fjorden. Aan het einde van het fjord ligt het plaatsje Fjærland. Dit is een klein, zeg maar gerust heel klein kerkdorpje. Het dorp bestaat uit een stuk of 12 huizen.

Vanuit Fjærland gaat in de zomermaanden een pendelbus naar het Norsk Bremuseum. Verder brengt de bus je van het museum naar een uitloper van de gletsjer. Een absolute aanrader en vergeet geen warm en winddicht jack mee te nemen ook in de zomer. Na het bezoek aan de gletsjer zijn we weer naar huis gegaan en daar had de tante van Berit een heerlijk Noors gerecht klaargemaakt. Een grote moot verse zalm in botersaus. Om je vingers bij af te likken.

De volgende dag hebben Vik verkend. Het plaatsje Vik bestaat in feite uit de drie kleine kerkdorpjes Vik, Hove en Hopperstad. We hebben in Hopperstad de plaatselijke stavkirke bezocht. Deze is in de zomermaanden opengesteld voor publiek. Het is een heel klein kerkje dat gebouwd is in het jaar 1150. Wat mij opviel was de teerlucht die in en rond het kerkje hangt. Dit komt doordat de Noren de kerkjes insmeren met teer ter bescherming tegen weer en wind.

De binnenzijde is erg sober en klein, maar dat geeft wel een leuke sfeer. Alles is van hout gemaakt. Ik weet eigenlijk niet meer of de kerk nog in gebruik is voor kerkdiensten. Maar het is erg leuk om zo'n kerkje eens aan de binnenzijde te bekijken. En het leuke aan het kerkje in Hopperstad is, dat het niet een toeristische trekpleister is, waardoor de kerk zijn charme behoudt.

Verder wees de oom ons nog op een heel klein authentiek noors boerderijtje wat zich in Vik tegen een berghelling bevindt. Daar runt een dame op leeftijd nog steeds eigenhandig en op traditionele wijze een boerderij met schapen. Bij ons bezoek aan de boerderij namen we het nichtje van Berit mee. Zij logeerde ook tijdelijk bij haar opa en oma.

Ik weet absoluut niet of de vrouw de boerderij nu nog runt. Ik zou het even vragen bij de plaatselijke VVV. Het is in ieder geval mogelijk om de boerderij te bezoeken.

Onderweg naar Lillehammer

Na een aantal dagen Vik zijn we weer doorgereden naar de volgende plaats. Ons doel dit keer was Lillehammer. De tante en Berit's nichtje reden mee naar Fagernes. Het logeren zat er voor het nichtje op en zowel oma als nichtje zouden worden opgehaald door een neef van Berit in Fagernes. De rit naar Fagernes was er één om niet te vergeten. We zijn vanuit Vik naar Vangsnes gereden om daar de veerpont te nemen naar Hella. Van daaruit reden we door naar Kaupanger. Daar moesten we wederom op de pont om een oversteek te maken. Deze overtocht duurt gelukkig even, zodat je in alle rust van de natuur om je heen kunt genieten. Zeker die dag hadden we geluk met het weer. Het fjordengebied wordt namelijk nog indrukwekkender, wanneer je mooi weer hebt. Aangekomen in Revsnes reden we verder door een gebied dat je zeker niet mag missen. Als je namelijk de E16 volgt vanuit Revsnes kom je door het waanzinnig mooie Lærdal.

Het Lærdal is een dal vol natuurschoon. Door het dal loopt een rivier wat vooral tijdens de zalmtrek een prachtig schouwspel oplevert. In het dal kom je maar één dorp tegen, genaamd Lærdalsøyri. Verder kom je de best bewaarde stavkirke van Noorwegen tegen, Borgund stavkirke. De kerk is gebouwd tussen 1150 en 1180. Aan de buitenzijde is de kerk vooral mooi. Aan de binnenzijde schijnt hij een beetje erg sober te zijn. We hebben de kerk dan ook niet aan de binnenzijde bekeken. Het dal is verder onderdeel van de vroeger belangrijke postroute tussen Oslo en Bergen ook wel de Koningsweg genoemd. Helaas hadden we weinig tijd om lang te genieten van het dal. We hadden namelijk nog een lange weg te gaan.

Vanuit het Lærdal zijn we doorgereden in de richting van Vangsmjøsa. Dit is een 19 kilometer lang meer. Dit is het meest zuidelijke meer van het hele stelsel van meren aan de zuidflank van het Jotunheimengebergte. Hoewel we relatief niet ver verwijderd waren van het Lærdal, is het landschap weer 100% veranderd. Dat is ook wel het mooie van Noorwegen. Na elke bocht lijkt het landschap weer compleet anders. Bij het het meer Vangsmjøsa zijn we uitgestapt voor een korte pauze. Ik dacht dat dit bij het plaatsje Øylo was. Daar heb ik de bijgevoegde foto gemaakt.

Na een korte stop zijn we vervolgens in één keer doorgereden naar Fagernes. Daar troffen we de neef van Berit. We hebben daar een maaltijd gegeten en vervolgens afscheid genomen van de tante en het nichtje van Berit. Wij zijn daarna doorgereden in de richting van Lillehammer. De neef van Berit vertelde ons dat er een evenement gaande was in Lillehammer en dat de meeste hotels waarschijnlijk volgeboekt waren. Dit bleek ook zo te zijn en we zijn onderweg gestopt in het plaatjse Dokka. Aldaar hebben we onze intrek genomen in een hotel. Wel ik kan zeggen dat Dokka op zich weinig te bieden heeft. Alleen hebben we ons wel kostelijk vermaakt, maar dat kwam denk ik meer doordat we ons een paar flessen wijn hadden aangeschaft in de bar van het hotel.

Lillehammer en Hamar

Door de alcohol konden we de volgende dag maar moeilijk het bed uitkomen. Toch waren we nog net op tijd voor het ontbijt in het hotel. Met een duf hoofd vervolgens doorgereden naar Lillehammer. Daar zijn we naar het openluchtmuseum Maihaugen geweest. Dit geeft een goede indruk hoe de Noren gedurende de loop van de geschiedenis hebben gewoond en wat de geschiedenis is van Noorwegen. Door de voortdurende overheersingen door andere landen, bestaat Noorwegen eigenlijk nog maar kort. Het museum bevat een tentoonstelling en een collectie van 150 originele noorse huizen. Opvallend is het gras boven op de meeste huizen. Dit kennen wij niet echt. Maar wellicht een idee om thuis toch een tuin te maken.

Verder is het erg leuk om Lillehammer zelf te gaan bekijken. Uiteraard moet je dan even naar de Olympische springschans. Zomers wordt hier ook getraind op grasmatten. Dus mogelijk treft u het en kunt u schansspringers aan het werk zien.

Na gegeten te hebben in Lillehammer zijn we weer naar Kløfta gereden. Uiteraard even via het ijsstadion in Hamar, Vikingskipet. Daar was de Nederlandse kernploeg net aan het trainen. Alleen was het stadion gesloten, zodat ik hen helaas niet heb kunnen zien trainen. Na het stadion in Hamar zijn we in één stuk doorgereden naar Kløfta.

De hoofdstad Oslo

De laatste dagen van mijn vakantie hebben we gebruikt om de hoofdstad van Noorwegen, Oslo, te gaan bekijken. De eerste dag in Oslo hebben we het lekker rustig aangedaan. We zijn begonnen met het bezoeken van Akershuset. Dit is een vesting dat uitkijkt op het Oslofjord. Oorspronkelijk was deze vesting uiteraard bedoeld als verdedigingswerk tegen de vele aanvallen op de stad. Vanaf Akershuset heb je nu een heel mooi uitzicht op het Oslofjord en de rest van de stad. Ondermeer op het Rådhuset, zoals in de foto rechts is te zien. Het raadhuis is het gezichtsbepalende bouwwerk in Oslo. De binnenzijde van het Rådhuset is zeker de moeite waard om te bezoeken voor de talloze reliëfs, schilderingen en houtsnijwerken.

Vanaf het Rådhuset was het voor ons maar een klein eindje lopen naar Aker Brygge. Dit is het winkel- en handelscentrum van Oslo. Vooral de boten met de restaurants zijn zeer aan te bevelen. Je bent geneigd hier de hele middag te gaan zitten, vanwege het lekkere eten en het fantastische uitzicht. Toch zijn we nog wel even verder gegaan de stad in.

Een andere bezienswaardigheid is ongetwijfeld het Vigelandpark. Dit is een park even buiten het centrum van Oslo waar je ondermeer de beeldenverzameling van de kunstenaar Gustav Vigeland kunt vinden. Je vindt het park in een ander park namelijk het Frognerpark. Onder de naam "De Levenscyclus" maakte beeldhouwer Vigeland 200 sculpturen uit brons en steen. Elk beeld geeft een emotie weer van een mens. De verschillende emoties worden verbeeld in beelden van kind tot bejaarden. Veel bekijks trekt het beeld van het kwade jongetje dat ooit eens is weggenomen.

Verder vindt je een 17 meter hoge Obelisk met daarin figuren van iedere leeftijd in elkaar gestrengeld. Al met al moet je dit park gezien hebben wanneer je in Oslo bent. Het park wordt door de noren veel gebruikt als recreatieplek en vooral door skaters. Dus pas op je enkels. Oh ja, ze verkopen er waanzinnig lekkere broodjes worst met gebakken uitjes. Maar dit even terzijde.

Na dit alles gezien te hebben vonden we het even genoeg en zijn we naar het huis van een vriendin van Berit gegaan. Merit was jarig (dit had Berit even vergeten) en hebben we lekker gegeten. 's Avonds zijn we weer naar Kløfta gereden om het bed op te zoeken.

De volgende dag zijn we weer vroeg uit de veren gegaan om wederom naar Oslo te gaan. We hadden de helft immers nog niet gezien. We zijn eerst naar de springschans van Oslo, Holmenkollenbakken, gereden. Uiteraard om de schans te zien, maat ook om van het uitzicht te genieten, die je vanaf de schans hebt over Oslo en het Oslofjord. De schans is al in 1892 gebouwd en is in de loop der tijden al menig malen verbouwd. De schans ligt zelf op een berg en je kunt helemaal tot bovenin de schans komen met een lift en trap. Je kunt je voorstellen wat voor uitzicht dat geeft op de stad. De schans wordt eigenlijk alleen gebruikt tijdens de Holmenkolweek begin maart wat duizenden toeschouwers trekt. Later hoorde ik trouwens dat de vader van Berit ooit eens van de schans afgesprongen was. Nou voor geen goud krijg je mij er af. Te hoog.

Na Holmenkollen, zijn we de stad weer ingegaan. We probeerden nog net op tijd in de stad te zijn voor de wisseling van de wacht bij het Koninklijk Paleis. Dit was helaas niet gelukt. Dit gebeurt trouwens dagelijks om 13.30 uur, mits de koning aanwezig is. Ik zag nog net de wachters weglopen. Maar ja, ik kan me wel wat voorstellen hoe dat ongeveer gegaan is. Wel wilde nog een wachter geduldig poseren voor een fotootje. Had ik dat gelukkig nog.

Het paleis van koning Harald V is in de eerste helft van de 19e eeuw gebouwd. Het valt op dat dit in zeer sobere stijl is gebeurd. Het verdient nou niet echt een architectuurprijs. Maar uiteraard wel aardig om te zien.

Vanaf het paleis kun je direct de Karl Johans gate oplopen. Deze 1400 meter lange straat kenmerkt zich door de vele kroegjes en de straatmuzikanten. Gezelligheid alom dus in deze straat. Als je deze straat afloopt, kom je ook langs het nationaal theater, de universiteit van Oslo en aan het einde van de straat kom je Stortinget tegen. Dit is zeg maar de Tweede Kamer van Noorwegen.

Voor het gebouw van de universiteit vind je overigens nog een beeld van Edvard Munch. De bekendste schilder van Noorwegen. Hij schijnt de binnenkant van het gebouw te hebben verfraait met een flink aantal fresco's. Ik heb deze zelf niet gezien, maar het schijnt wel zo te zijn.

Het is eigenlijk te veel om alles op te noemen wat er valt te zien in Oslo. Maar op één ding wil ik nog wel even wijzen. Dat is Damstredet. Dit is een stukje Oslo ( of liever gezegd Kristiania: zo heette Oslo tot 1925) uit de 19e eeuw. Hier staan nog hele kleine houten huisjes die dateren uit het begin van de 19e eeuw. Nu zijn ze bewoond door voornamelijk kunstenaars. Er heerst een heel gemoedelijk sfeertje. Leuk om te zien in ieder geval.

Na deze dag Oslo zat mijn vakantie in Noorwegen er helaas op. Noorwegen is een land dat je zeker gezien moet hebben. Het land is overigens zo groot dat het bijna ondoenlijk is om het in één vakantie te zien. Ik heb dan ook pas een heel klein gedeelte gezien wat smaakt naar meer. Ik kan het iedereen dan ook aan bevelen een vakantie te houden in dit land.